Blogs

De tien melaatsen

In Lukas 17:11-19 staat de geschiedenis van de tien melaatsen. Melaatsheid is in de Bijbel een beeld van de zonde. Melaatsheid is een vreselijke ziekte, de door melaatsheid aangetaste delen van het lichaam sterven letterlijk af, terwijl de patiënt nog voortleeft. Bij de huidige stand van de wetenschap leidt melaatsheid of lepra niet zondermeer tot de dood. Geestelijk gesproken zijn alle mensen vanaf hun geboorte melaats. David zegt: ‘Zie, ik ben in ongerechtigheid geboren, in zonde heeft mijn moeder mij ontvangen’ (Ps. 51:7). En Paulus schrijft: ‘Want allen hebben gezondigd en missen de heerlijkheid van God’ (Rom. 3:23). In de tijd van de Heer Jezus was er voor melaatsheid geen enkel geneesmiddel. Als God niet op wonderbaarlijke wijze ingreep, was een melaatse ten dode opgeschreven. Tijdens Zijn reis naar Jeruzalem kwamen tien melaatsen mannen naar Jezus toe en ze verhieven op afstand hun stem en zeiden: ‘Meester, ontferm u over ons.’ Wie een beroep doet op de ontferming van de Heer Jezus wordt niet teleurgesteld. Zoals Hij Zich toen over deze tien melaatsen ontfermde, zal Hij Zich ook nu over jou en mij ontfermen als we Hem in onze nood aanroepen.

Jezus stuurde de tien melaatsen naar de priester om te laten zien dat ze genezen en gereinigd waren. Onderweg vond het wonder plaats: hun melaatsheid was geweken. Negen van de tien zetten hun reis voort naar de tempel in Jeruzalem. Keurig vervulden zij hun religieuze verplichtingen, zoals voorgeschreven in wet van Mozes. Eén van hen keerde echter terug naar de Heer Jezus. Terwijl hij met luider stem God verheerlijkte, viel hij aan de voeten van de Heer neer en dankte Hem. En dan staat er zo treffend: En dit was een Samaritaan. Vervolgens vraagt de Heer: ‘Waar zijn de negen anderen die gereinigd zijn? Zijn er dan geen anderen gevonden die terugkeren om God de eer te geven dan deze vreemdeling?’

Jezus legt hier het hart van God bloot. Het verdroot Hem dat maar één van de tien mannen naar Hem was teruggekeerd om Hem te bedanken en God de eer te geven. Als je in de Heer Jezus gelooft mag je weten dat Hij je heeft verlost van al jouw zonden. Je bent, figuurlijk gesproken, genezen van je melaatsheid. Je bent rein en niet langer ten dode opgeschreven, want voor hen die geloven bestaat geen oordeel meer. In de Bijbelgemeente hebben we tijdens de eredienst een aanbiddingsblok ingelast. Een moment van stilte, waarin een ieder in de gelegenheid is gesteld om als het ware aan de voeten van de Heer Jezus te vallen om Hem te bedanken en te aanbidden. En daarbij is God niet op zoek naar omhaal van woorden. Drie woordjes, gesproken vanuit een dankbaar hart, zijn voor Hem voldoende: ‘Dank U Heer!’

2

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *